Recentelijk dook een groot schilderij (95 x172 cm) van Frans Bakker op dat in 1900 is tot stand gekomen:

Frans Bakker, decor voor een opera, 95×172 cm, olieverf op doek, gesigneerd en gedateerd 1900, privé collectie.

Inzending voor wereldtentoonstelling Parijs 1900
Volgens de eigenaar, Sophie Nooteboom, werd dit fraaie werk in Parijs tentoongesteld. Hans van Herwijnen acht dit zeer goed denkbaar: het doek kan door Frans Bakker zijn ingezonden voor de wereldtentoonstelling in Parijs van 1900. De voorstelling doet denken aan een decor voor een opera in Egypte. Wellicht de Aïda van Verdi?

Uit het boek van Wilma van Giersbergen (‘Op zoek naar werk’, pp 221-223) blijkt dat Frans Bakker in de jaren 1892 en 1893 heeft gewerkt bij onder meer het atelier van de theaterdecorateurs ‘Rubé & Chaperon’. In de brieven van Frans Bakker komt naar voren dat hij gewerkt heeft voor zowel Rubé (gespecialiseerd in toneeldecors), als voor Chaperon (gespecialiseerd in operadecors). Interessant is dat in die tijd Chaperon met name decorstukken voor Aïda, Othello en Tannhäuser maakte: vooral deze opera’s werden in die jaren als belangwekkend beschouwd.
Na in 1892 ontslagen te zijn geweest, kreeg Frans Bakker in 1893 een vaste aanstelling bij ‘Rubé & Chaperon’. Toch keerde hij in december 1893 terug naar Nederland. Het is aannemelijk dat deze terugkeer verband hield met het plotselinge overlijden van zijn vader op 18 december 1893. Wellicht had zijn vader op dat moment nog lopende opdrachten voor plafonddecoraties en heeft zijn moeder hem gevraagd deze af te maken.

Volgens Wilma van Giersbergen was Frans Bakker rond 1900 op zoek naar nieuwe uitdagingen. Daarom kan het volgens haar heel goed zijn dat Frans Bakker het schilderij heeft ingezonden in de hoop opdrachten te krijgen voor het schilderen van decorstukken in Parijse theaters. Uit zijn brieven blijkt dat hij het in de jaren 1892-1893 erg naar zijn zin heeft gehad bij ‘Rubé & Chaperon’. Daarom is de kans groot dat hij er ongeveer 10 jaar later van droomde om weer naar Parijs terug te keren.

Waarom schenkt Frans Bakker ‘De Aïda’ aan Pieter S.G. Nooteboom?
Volgens Sophie Nooteboom schonk Frans Bakker het schilderij – dat we ‘De Aïda’ zullen noemen – aan haar overgrootvader Pieter Nooteboom (P.S.G. Nooteboom, 1862-1932). Volgens haar moeder is het nagenoeg zeker dat deze schenking in feite de afbetaling van een schuld is geweest. Dat zou heel goed kunnen want Frans Bakker had vaak geldzorgen (hoewel hij ook goed verdiend moet hebben) en werd in december 1908 zelfs failliet verklaard. Een faillissement dat overigens dankzij een aangetrouwd familielid, Jan Hudig, een half jaar later werd opgeheven op zodanige manier dat Frans Bakker al zijn bezittingen kon behouden. Zie verder: https://cornelisbakkerfoundation.eu/de-kortekade-33-te-rotterdam/

Constantijn Bakker, juli 2023.