De Collectie van de Stichting omvat enige fraaie tekeningen van vrouwen, gemaakt in de periode 1790-1800 in zwart en rood krijt. Het lijkt om diverse redenen logisch te zijn om aan te nemen dat deze tekeningen door Cornelis Bakker zijn gemaakt: de tekenstijl lijkt sterk overeen te komen met door hem gesigneerde of aan hem toegeschreven tekeningen in zwart krijt. Ook Scheffer en Obreen lijken dit uitgangspunt te bevestigen als zij in hun boek ‘Rotterdamsche Historiebladen’ (Rotterdam 1880) over het werk van Cornelis Bakker schrijven: ‘(….), in rood en zwart crayon bestaan vele fraaije teekeningen van zijn hand’.

Rood en zwart krijttekening van een Franse jonge vrouw

Een voorbeeld van een rood en zwart krijttekening van Cornelis Bakker is die van een vrouw die zo zou kunnen zijn weggelopen uit het Frankrijk van voor of kort na de revolutie:

Cornelis Bakker (niet gesigneerd): portret van naar rechts kijkende vrouw met linten in haar kapsel, rood en zwart krijt. Stichting Cornelis Bakker-Collectie.

Deze tekening van Cornelis Bakker is weliswaar zeer fraai en gemaakt in een soepele lijnvoering, maar is volgens Robert-Jan te Rijdt nagetekend naar een Frans voorbeeld. Bij recent onderzoek door Wilma van Giersbergen is een prent tevoorschijn gekomen die deze stelling bevestigt:

Gravure gemaakt in 1786 door Gilles-Antoine Demarteau (1750-1802) naar een tekening van François André Vincent (1846-1816).

Interessant is dat de graveur, Gilles-Antoine Demarteau, van zijn vader een volledig nieuwe graveertechniek heeft geleerd, waarbij hij een tekening in rood en zwart krijt of alleen rood krijt (‘dessin à la sanguine’) kon imiteren. Wilma van Giersbergen heeft op de website van de BNF (Bibliothèque nationale de France) een groot aantal gravures van Demarteau bekeken. Het blijkt dat in de Collectie van de Stichting niet al diens onderwerpen voorhanden zijn, maar vooral tekeningen van vrouwenkoppen, alsmede tekeningen naar levend model of naar pleister.

Wilma van Giersbergen heeft mij laten weten dat Franse tekeningen die door graveurs, zoals Demarteau, werden vermenigvuldigd in de vorm van gravures, in Nederland werden verkocht aan tekengenootschappen. Het doel daarvan was om de leden/leerlingen van deze genootschappen in staat te stellen de Franse gravures weer in een tekening om te zetten. Dit werd gedaan om zich de – Franse – techniek van dit soort krijttekeningen eigen te maken. Het kan dus bijna niet anders dan dat Bakker dit soort tekeningen in het kader van bijeenkomsten voor ‘werkende leden’ van het Teekengenootschap ‘Hierdoor tot Hooger’ heeft gemaakt (zie ook: Wilma van Giersbergen, ‘Op zoek naar werk’, p 109 e.v.).

Krijttekeningen van twee lezende vrouwen in rood en zwart, maar ook in zwart

Bij de tentoonstelling ‘Nederlandse Figuurstudies 1700-1850’ in het Rijksprentenkabinet (1994) werden twee tekeningen van de Stichting Cornelis Bakker-Collectie getoond. Eén daarvan werd toegeschreven aan G.J. van den Berg en de andere aan Cornelis Bakker. Allereerst de tekening van G.J. van den Berg:

Medaillon van twee brieflezende vrouwen, rood en zwart krijt. Door Rijksprentenkabinet toegeschreven aan G.J. van de Berg. Stichting Cornelis Bakker-Collectie

De aan Cornelis Bakker toegeschreven tekening ziet er als volgt uit:

Twee brieflezende vrouwen, zwart krijt. Door Rijksprentenkabinet toegeschreven aan Cornelis Bakker. Stichting Cornelis Bakker-Collectie.

Interessant is dat twee kunstenaars op het zelfde moment twee vrouwelijke modellen hebben getekend vanuit een verschillende positie in de ruimte waar deze vrouwen poseerden. De kunstenaar die in rood en zwart krijt heeft gewerkt is zeer getalenteerd en de kunstenaar die in zwart krijt heeft gewerkt, lijkt een beginneling te zijn. Dat G.J. van de Berg de getalenteerde kunstenaar van de rood en zwart krijttekening moet zijn, kan worden afgeleid uit diens tekenstijl. Een tekening in de collectie van het Rijksprentenkabinet toont dit aan met de volgende aan G.J. van den Berg toegeschreven tekening:


Zittende vrouw met een opticaspiegel, rood en zwart krijt. Door Rijksprentenkabinet toegeschreven aan G.J. van den Berg. Rijksprentenkabinet RP-T-1997-10.

Hoewel de rood en zwart krijttekening van de twee vrouwen rond 1800 inderdaad door G.J. van den Berg kan zijn gemaakt, lijkt het bizar dat Cornelis Bakker – als volleerd tekenaar van bijna 30 jaar – op dat moment de weinig overtuigende zwarte krijttekening zou hebben gemaakt van diezelfde vrouwen. Hoewel het waar is, zoals Wilma van Giersbergen opmerkt, dat de gezichten van de twee vrouwen zorgvuldig zijn uitgewerkt, is het ongeloofwaardig dat Bakker het niet nodig vond veel aandacht te besteden aan de fraaie kleding van de beide dames. In de meeste van hem bekende werken besteedt hij juist minutieuze aandacht aan de kleding van de door hem geportretteerden. Bovendien lijkt hij rond 1800 geïnteresseerd te zijn om zich te oefenen in de techniek van de rood en zwart krijttekening, zoals onder meer blijkt uit de door hem nagetekende vrouwenkoppen, waarvan we aan het begin van dit artikel een voorbeeld hebben laten zien.

Cornelis Bakker wordt, onder meer door Scheffer en Obreen, als een getalenteerde tekenaar gezien. Dat dit waar is blijkt uit de soepele lijnvoering die hij toepaste bij het natekenen van de jonge Franse vrouw, waarmee we dit artikel begonnen. Om die reden lijkt voor de hand te liggen om een andere kandidaat in de familie te zoeken voor de zwarte krijttekening. Dat zou alleen Hendrik van de Laar (1780-1843) geweest kunnen zijn, die in 1800 les had bij het Teekengenootschap ‘Hierdoor tot Hooger’. Echter, op dat moment was hij nog niet zover gevorderd dat hij al naar levend model leerde tekenen (hij kreeg in dat jaar een prijs in de pleisterklas). Toch is hij de meest waarschijnlijke kandidaat: volgens Wilma van Giersbergen (vgl. ‘Op zoek naar werk’, p 110) was hij niet alleen leerling, maar ook werkend lid van het Teekengenootschap. In die hoedanigheid kreeg hij wèl de gelegenheid om naar levend model te tekenen.

Tenslotte is vermeldenswaard dat de Atlas van Stolk een tekening in rood en zwart krijt bezit waarop we twee lezende vrouwen tegenkomen in de positie, zoals G.J. van den Berg die had getekend. Op de tekening staat rechtsonder in het handschrift van Cornelis Bakker: ‘Cs Bakker H d t H get. 1800’ en links staat ‘No 1’. Dit betekent dat deze tekening is gemaakt tijdens een tekenavond voor de werkende leden van het Teekengenootschap en dat Cornelis Bakker blijkbaar van plan was een serie van dit soort tekeningen te maken. Omdat op deze tekening de entourage rondom de vrouwen sterk is gesimplificeerd, is goed denkbaar dat Cornelis Bakker deze heeft nagetekend van zijn vriend/collega G.J. van den Berg. Of heeft hij nadat Van den Berg klaar was, diens plek overgenomen – en in grote haast – een vergelijkbare tekening gemaakt?

Medaillon van twee brieflezende vrouwen, rood en zwart krijt. Rechtsonder gesigneerd Cs Bakker (Cornelis Bakker) en gedateerd 1800. Atlas van Stolk AVS026470 (invnr 40251).

Met dank aan Wilma van Giersbergen die mij veel informatie heeft gegeven over G.J. van den Berg en Cornelis Bakker en wier hulp onontbeerlijk was om dit artikel te kunnen schrijven.

Constantijn Bakker, juli 2023 (op basis van eerder concept van september 2021).